Lilian was dertien toen haar moeder plotseling opstapte en haar en haar zusje bij hun vader achterliet. Haar zusje Roos was negen. Lilian had nauwelijks nog contact met haar moeder, ze voelde zich steeds meer in de steek gelaten. De laatste acht jaar hebben ze elkaar zelfs niet meer gezien. Roos had altijd al een sterke band met haar moeder. Na haar vertrek ging ze regelmatig naar haar toe, ze maakten samen uitstapjes, ze was moeders lieveling.
Toen de moeder van Lilian en Roos overleed, bleek dat Lilian onterfd was en Roos als de enige erfgename was benoemd. Het bleek ook dat moeder tijdens haar leven Roos al wat geld had toegeschoven, wat Lilian een gevoel van onrechtvaardigheid gaf: 'Ik was verlaten, ze vergat mijn verjaardagen, ze belde ineens nooit meer op, terwijl ik niet minder haar kind ben dan Roos. Waarom wijst ze me alweer af?'